Niek Hoogenboom
2 juni 2021
De zomer lijkt op woensdag 2 juni eindelijk begonnen. Hij was al een weekje eerder in het vooruitzicht gesteld, waarop onze nijvere bij Adry op 28 april, in de inloopgroep van de woensdagmorgen het idee lanceerde om een ouderwetse roeitocht te gaan maken. “Ja”, wordt er in koor geroepen en “Ik ben ben van de partij” en “waarheen”. Marike en Adry namen de kar ter hand om dit plan ten uitvoer te brengen. De makkelijkste en snelste organisatie is een tocht op eigen water en de mooiste is nog steeds de Meije tocht.
Dus op 2 juni om 8,30 staan 12 deelnemers in de startblokken om te vertrekken met de Tamalone, de ‘s-Gravensloot en De Bas . De 13de deelnemer wordt van huis opgehaald. Nieuwerbrug ligt tenslotte op de route.
Tegen tienen komen wij aan bij de sluis van Bodegraven. En daar wacht ons een klein oponthoud. De lichten geven aan 2x rood. Wat betekent dat? De “Bonte Krommert” in onze grijze cellen naar boven halen. Hoeft niet echt, want de sluiswachster geeft uitleg. “2x Rood is geen bediening”. We moeten nog tenminste een kwartier wachten. Nou zullen er genoeg mensen zijn, die wel gestraft willen worden met een kwartiertje dobberen op het water bij een strak blauwe hemel en een temperatuur van 20 graden. Het kwartiertje was snel om. Nieuwe verrassing: het schutten was gratis. Mooi meegenomen.
Bij de splitsing van de Oude Rijn en de Ziende houden we onze “Koffiestop” om kunnen het resultaat van Adry’s bakkunst proeven. Beste “aanvulling op ons broodrantsoen” moet ik zeggen. Heerlijk genieten in de schaduw van de bomen en voorbijgangers, die onze vloot bewonderen.
Na zo’n 20 minuten zetten wij onze tocht voort, want het is nog een heel stuk. Dit is nog niet halverwege. Na een kwartiertje mogen we alweer rusten voor het volgende obstakel, de Ziendesluis. Het water van de Nieuwkoopse plassen ligt ongeveer 1,25 meter onder dat van de Rijn. Dus dat wordt een eind zakken. We zijn zoals dat hoort natuurlijk hierop voorbereid met de nodige lijnen.
Na de sluis gaan we gelijk stuurboord uit het idyllische riviertje De Meije op. Deze sterk meanderende ‘sloot’ heeft heel veel smalle bruggetjes waarbij het bijna altijd SLIPPEN EN NEIGEN en ook een keer of vier SLIPPEN EN VALLEN is, waarbij het zaak is vingers onder de riemen te houden en de neus in te trekken. En er is stuurmanskunst vereist, zeker met de C4x+.
Na een klein uurtje varen op dit water is het tijd voor de lunch, die we in deze tijd niet in een uitspanning kunnen gebruiken, maar zelf meegenomen hebben. We vinden een prachtig plekje met tafels en bankjes en een kraan met koel helder water. En een verrassing: ook dat was gratis. Marike heeft een heerlijke salade gemaakt. Of ze had gedacht dat we uitgehongerd zouden zijn of op veel meer deelnemers, het feit bleef, er was genoeg over voor nog een ploeg. U ziet hier hoe gezellig het is op zo’n tochtje.
Als we zo heerlijk kalm roeien over het spiegelend gladde water, weet je dat rijkdom heel betrekkelijk is. Deze belevenis is niet te koop.
Ook onder weg staan toeschouwers. Sommige ‘mekkeren’, andere ‘blaffen of keffen’. Er zijn er die bewondering hebben voor onze sportieve prestatie en die vriendelijk zwaaien. Deze zeiden geen ‘boe of bah’.
Bij een van de vorige tochtjes was men tot de conclusie gekomen dat ook stoplichten op het water nuttig zijn en het aan de raden is om bij rood licht te stoppen. Anders vaar je op een beweegbaar ‘onderwater’-obstakel. Maar zoals gezegd een gewaarschuwd man telt voor twee. Dit keer netjes gewacht op ‘groen’ en dan is het best te doen.
We varen nog door twee sluizen. Bij Slikkendam gaan we weer een meter omhoog en bij Woerdense Verlaat de volgende 25 cm. Dat zitten we weer op hoogte van de Oude Rijn.
Na de sluis nog een traktatie van Liesbeth. Zij had wentelteefjes voor extra energie voor het laatste stuk roeien over de Grecht. Je bent er dan bijna zou je denken, maar ook hier zijn het de laatste lootjes. En die zijn best zwaar. Toch is iedereen tussen kwart over zes en half zeven veilig binnen, zonder pech onderweg.
De Meije-tocht is vooral in het voorjaar een prachtige, zij het pittige roeitocht. In de zomer is het te druk en in het najaar zijn er vaak te grote waterplanten en kroos, die het dan een zware tocht maken. In de winter is hij te schaatsen (als het hard gevroren heeft). Maar altijd is hij mooi.
Foto’s : Truus Hoogenboom.